Kengetallen

De volgende kengetallen worden door alle gemeenten gepubliceerd. Met deze kengetallen kan inzicht worden verkregen in de financiële positie van de gemeente.

  • In de eerst afbeelding wordt de juiste interpretatie van de kengetallen getoond.

  • Na de afzonderlijke beoordeling van de kengetallen volgt een grafisch overzicht van het verloop van deze kengetallen over de laatste 3 jaren

  • Daarna volgt een korte beschouwing van de algemene financiële positie.

1. Netto schuldquote en netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

Kengetal

rekening 2021

begroting 2022

rekening 2022

Netto schuldquote

156,5%

143,9%

123,4%

Netto schuldquote gecorrigeerd

68,4%

66,1%

49,3%

De netto schuldquote geeft de verhouding aan tussen schuld en baten. Het wordt berekend door de netto schulden (schulden -/- vorderingen/middelen) te delen door de totale baten vóór reservemutaties. Het kengetal beoogt een indicatie te geven van de druk van de kapitaallasten op de exploitatie. De VNG adviseert om boven de 130% schulden af te bouwen. In 2022 zakt de netto schuldquote onder het signaalniveau, ondanks onze afnemende maar nog steeds omvangrijke leenportefeuille bij woningcorporatie Welbions. De oorzaak ligt in onze goede liquiditeitspositie, mede door positieve jaarresultaten, waardoor lenen al 2 jaren achtereen niet nodig is gebleken.

Het tweede kengetal corrigeert voor aan derden (woningbouw en instellingen) doorverstrekte leningen. Omdat wij de lokale woningcorporatie Welbions financieren en hiervoor leningen hebben aangetrokken, is de netto schuldquote hoger dan gemeenten die dit niet doen. De veel lagere gecorrigeerde netto schuldquote geeft veel beter aan dat wij een zeer aanvaardbare leningportefeuille hebben met acceptabele rentelasten.

2. Solvabiliteitsratio

Kengetal

rekening 2021

begroting 2022

rekening 2022

Solvabiliteitsratio

13,3%

13,4%

16,3%

De solvabiliteitsratio geeft de verhouding aan tussen het eigen vermogen (de reserves) en het balanstotaal. Een groot aandeel eigen vermogen betekent veel mogelijkheden om risico's op te vangen, en meer mogelijkheden om toekomstige investeringen te financieren. Een laag percentage daarentegen betekent veel vreemd vermogen en dus ook daarbij behorende financieringslasten. VNG en provincie hanteert als signaleringswaarde 20% (minimaal gewenst eigen vermogen). De ratio verbetert van 13,3% eind 2021 naar 16,3% eind 2022. Dit is het gevolg van aflossing van geldleningen, zowel eigen financiering als Welbions financiering, terwijl er geen nieuwe leningen zijn aangetrokken. Als we hier corrigeren voor de leningen i.v.m. Welbions komen we boven de signaalwaarde uit met 24%.

3. Grondexploitatie

Kengetal

rekening 2021

begroting 2022

rekening 2022

Grondexploitatie

18,9%

16,4%

13,5%

Het kengetal grondexploitatie geeft de verhouding tussen de boekwaarde van de grond en de totale baten vóór reservemutaties. Een hoog percentage wordt als kwetsbaar gezien. De boekwaarde moet immers worden terugverdiend. Dit kengetal is signalerend, maar geeft naar onze mening geen inzicht in de risico’s van grondexploitaties. De jaarlijkse herzieningen en de voorzichtigheid die wordt betracht bij het voorspellen van resultaten zijn veelzeggender. Zie hiervoor de paragraaf grondbeleid. De signaalgrens is maximaal 20%. Een aantal jaren geleden zaten we hier boven. Nu is ook aan dit kengetal te zien, dat boekwaardes afnemen en risico's verminderen.

4. Structurele exploitatieruimte (nog onderhanden)

Kengetal

rekening 2021

begroting 2022

rekening 2022

Structurele exploitatieruimte

2,4%

0,9%

4,3%

In het totale rekeningsaldo is geen rekening gehouden met het onderscheid tussen structurele en incidentele baten en lasten. Om de structurele exploitatieruimte te bepalen worden de totale lasten en baten verminderd met de incidentele lasten en baten.

5. Belastingcapaciteit

Kengetal

jaarverslag 2021

begroting 2022

jaarstukken 2022

Belastingcapaciteit

93,5%

96,2%

86,3%

Met dit kengetal wordt de hoogte van de lokale lastendruk vergeleken met het landelijk gemiddelde. Tussen de 95 en 105% wordt als "neutraal" geduid. Een lager percentage geeft aan dat er meer ruimte is om belastingen te verhogen tot het gemiddelde niveau in Nederland. Met 86,3% is er (hypothetisch) 13,7% ruimte ten opzichte van het Nederlands gemiddelde, € 124 per huishouden en ca € 4,7 miljoen aan te verhogen baten. De forse verruiming is uitsluitend te verklaren door de grote toename van de landelijke belastingdruk.

De kengetallen in vergelijking met de begroting en voorafgaand jaar

De financiële positie van de gemeente

Wij hebben een stijgende, maar relatief lage eigen vermogenspositie van 16,3% van het balanstotaal. Dat is lager dan de signaleringswaarde van VNG en provincie, die op 20% is gesteld. De vermogensverhouding is ontstaan, doordat we in het (nabije) verleden hebben besloten om taken uit te voeren en investeringen te doen, waarvoor we hebben moeten lenen. Investeren trekt altijd een wissel op de toekomst. Lasten worden naar de toekomst verschoven. Dit betekent, dat relatief veel van onze inkomsten ingezet moeten worden om renteverplichtingen af te dekken. Daardoor wordt de ruimte om baten in te zetten voor nieuwe doelen beperkter. We begroten wel zodanig, dat we aan onze verplichtingen kunnen blijven voldoen.

Wij zorgen er voor, dat het eigen vermogen in balans blijft met de risico's die wij lopen. In dat kader is ons standpunt, dat het eigen vermogen voldoende buffer biedt voor de onderkende risico's. We voldoen niet aan de gemiddelde richtlijn, maar wel aan de vermogenspositie volgens eigen beleidsrichtlijn, die weergegeven wordt in de weerstandscapaciteit.

De solvabiliteit wordt negatief beïnvloed door de financiering van de woningbouwcorporatie. Hierdoor staan er meer financiële activa op de balans en meer vreemd vermogen waarmee activa zijn gefinancierd. Solvabiliteit kijkt alleen naar de verhouding eigen en vreemd vermogen. Indien de woningbouwfinanciering buiten beschouwing wordt gelaten zou de solvabiliteit 24% bedragen en boven de signaalwaarde uit komen.

Voor het versterken van het eigen vermogen gelden als mogelijkheden:

  • investeringen beperken, waardoor minder financieringslasten en beter resultaat

  • bezittingen verkopen en de opbrengst aan het eigen vermogen toevoegen

  • jaarlijks een positief begrotingsresultaat creëren en het overschot aan de reserve toevoegen.

Dit staat op gespannen voet met het willen besteden van middelen aan nieuwe activiteiten.

De financiële positie is ook altijd te bezien in het licht van de toekomstige verwachte resultaten. Als de toekomst goed voorspelbaar is, is de financiële positie met meer voldoende zekerheid te beoordelen. We zitten nu in een tijd, waarin inflatie en looneisenveel harder toenemen dan we de lange tijd gewend waren. We zullen gaan zien dat dit een forse wissel gaat trekken op onze volgende meerjarenbegroting. De al dan niet te geven compensatie van het rijk voor deze lastenverhogingen en het zogenaamde ravijn vanaf 2027 maken gemeenten eveneens voorzichtig in het uitwerken van grote kostbare plannen.

Stel uw jaarverslag zelf samen

SELECTIE

0 - geselecteerd